Praktische informatie voor ieder die wil wonen en leven in een ecologische en meer sociale omgeving, in een duurzaam huis, in een woongroep of leefgemeenschap
Servicepagina's
Veel mensen fantaseren over 'anders wonen'.
Waaruit
dat ánders bestaat, vult iedereen heel verschillend in.
Veel 'alternatieve' woon- en werkprojecten ontstonden in de roerige jaren zeventig van de vorige eeuw. |
Servicepunt Waarom anders wonen?'Anders' is straks heel gewoonWie droomt er nooit over een ánder soort samenleving? Over een wereld die vreedzaam, menselijk, solidair en milieuvriendelijk is. Een plek waar het voor iedere wereldburger goed toeven is.
Door Marta
Resink,
(medewerkster van Omslag)
... een wereld waar mensen elkaar met vertrouwen en
respect
tegemoettreden en samenwerken, en waar solidariteit en
verantwoordelijkheidsgevoel de boventoon voeren in plaats
van
concurrentie, egoïsme en individueel eigenbelang. Dromen
over
een 'ideale' wereld moeten we vooral blijven doen. Maar
laten we
intussen vooral bezig blijven stukjes 'droom' te
realiseren,
idealen om te zetten in levende praktijk. Als veel mensen
kleine
stappen in een andere richting zetten, komt er vanzelf een
pad. Wat
nu nog anders en utopisch lijkt, kan op den duur heel
gewoon
worden!
Dromen, denken, doen Bij
utopisch fantaseren hoort voor veel mensen ook
(dag)dromen over een
ideale woonplek. Dat is niet verwonderlijk, want de plek
waar je
woont en je directe leefomgeving zijn stukjes van de
wereld die het
dichtst bij liggen. Die thuisplek en directe omgeving
moeten
veiligheid en beschutting bieden. Daar - en van daaruit
- speelt je
leven zich in belangrijke mate af. Alleen of samen met
anderen. De ideale woonplek bestaat waarschijnlijk alleen in dromen. In de realiteit zul je meestal maar een paar elementen van je 'droom' kunnen verwezenlijken. Het blijft een kwestie van het afwegen van voor- en nadelen, concessies doen en samen met anderen zoeken naar een balans die voor iedereen overwegend prettig voelt. Het beeld van je ideale woonplek kan ook veranderen al naar gelang je levensfase of veranderende persoonlijke of financiële omstandigheden. Soms bepaalt zelfs je stemming of humeur op enig moment de waardering van bepaalde aspecten (geen goed moment trouwens om te besluiten om te gaan verhuizen!). Anders dan ...Veel mensen fantaseren over 'anders wonen'. Waaruit dat ánders bestaat, vult iedereen heel verschillend in. Wat voor de één 'anders' is, is voor een ander heel gewoon, of omgekeerd. Vaak wordt het 'andere' afgezet tegen de huidige woon-, leef- of werksituatie. Of er speelt allerlei algemene maatschappijkritiek mee. Velen blijken beter te kunnen aangeven wat ze niet willen dan wat ze wél willen. Iets wat je nog niet kent is immers lastiger concreet te maken dan iets bekends. Het ánders wordt vaak benoemd in algemene termen of heeft te maken met gevoelens: ,,Anders omgaan met elkaar; geen stereotiepe huisje-boompje-beestje gezinnetjes met allemaal een eigen auto voor de deur; meer zelfvoorziening en autonomie; meer gemeenschappelijkheid en verbondenheid met anderen; iets kleinschaligs; iets voor anderen willen en kunnen betekenen; wonen en werken combineren; meer stimulans om echt ecologisch te leven; een groot huis met meer mensen ergens buiten, met dieren en een grote tuin; ik kan niet tegen alleen zijn; ik wil iets met meer mensen, een gezamenlijk doel of gedeelde idealen om aan te werken; meer ambachtelijk werk; een vrijplaats waar je zelf de normen en waarden bepaalt; een plek waar kinderen kunnen opgroeien in een sfeer van respect voor elkaar en samenwerking". Soms zijn verwachtingen juist wel heel concreet: "Per se een huis met een grasdak; elke dag samen eten en bij toerbeurt koken; een plek met alleen vegetariërs" of "absoluut geen rokers in huis!". Zoveel mensen, zoveel meningen en zoveel wensen. Voor vrijwel iedereen is het 'andere' een mix van persoonlijke wensen en behoeften, vage verlangens en rationele argumenten. En dan geldt ook nog het financiële aspect: een groot huis, een boerderij met een flink stuk grond, een plek waar je wonen en werken kunt combineren, het zijn meestal vrij dure panden, waarvan je de koop- of huurprijs meestal niet in je eentje kunt opbrengen. Collectieve aanschaf en gezamenlijk gebruik liggen dan voor de hand. Grotere sociale verbanden Een woonplek
maakt altijd deel uit van een groter sociaal verband, of
je nu
alleen woont of samen met anderen. En die woonplek is
onderdeel van
een bebouwde of groene omgeving. Zelfs een hutje op de
hei (als dat
al bewoond mag worden) maakt deel uit van een sociale
omgeving. Hoe dicht mogen mensen in de buurt komen, zowel letterlijk als op het persoonlijke vlak? Vormen de mensen om je heen, en de omgeving waar je deel van uitmaakt een belemmering of juist een stimulans? En in hoeverre wil je 'dingen' (huisdeur, douche, wc, tuin, spullen, geld) met anderen delen? Het zijn allemaal aspecten die ook meespelen in het zoekproces naar 'anders wonen en leven'. Individueel wonen in een eco-wijkje met leuke buren is wezenlijk iets anders dan het delen van huis én huishouden met anderen in een woongroep of leefgemeenschap. Van maatschappijkritiek naar sociaal individualismeVeel 'alternatieve' woon- en werkprojecten ontstonden in de roerige jaren zeventig van de vorige eeuw. Enerzijds gaven de waarschuwingen van de Club van Rome en de economische theorieën van Tinbergen en Schumacher aanzetten tot kleinschalige experimenten met ecologische alternatieven. Anderzijds noopte de structurele woningnood in (studenten)steden tot actie: kraken was voor menigeen een politieke reactie op een maatschappelijke misstand en een van de weinige mogelijkheden om aan betaalbare (groeps)woonruimte te komen. Veel 'oudere' jongeren trokken de stad uit, om op het platteland hun idealen gezamenlijk vorm te geven. Vaak hoorde daar een boerderijtje bij met een stuk land, om zelfvoorzienend en ecologisch te leven, bevrijd van het 'grootkapitaal'. Er ontstonden vrijplaatsen waar mensen leefden en werkten naar hun idealen. Tussen toen en nu is veel veranderd. Veel pioniers van het eerste uur zijn hun 'wilde haren' inmiddels kwijt. Voor menigeen bleek het groepsleven na verloop van tijd toch niet zo ideaal. Wonen in een groep kan naast grote voordelen (sociaal contact, gezamenlijk bezit en gebruik) immers ook nadelige kanten hebben (beperkte 'eigen' ruimte en altijd andere mensen om je heen). Menig zelfbeheerproject is een 'gewoon' bedrijf geworden of failliet gegaan. Maar heel veel is ook bewaard gebleven, als het de veerkracht had om met de tijden mee te veranderen. En er lopen gelukkig nog steeds mensen van alle leeftijden met wilde haren rond. Ondanks dat veel 'vrijplaatsen' zijn verdwenen, komen er nog steeds nieuwe broedplaatsen bij! Al dan niet in zelfbeheer bij de bewoners. Voormalige kraakpanden werden 'gelegaliseerd', of door de bewoners collectief aangekocht en zijn nu in zelfbeheer. Er worden nog steeds panden gekraakt om ze te behouden of her te bestemmen voor huisvesting en voor maatschappelijk-culturele activiteiten. De drijfveren om - al dan niet in een groter sociaal verband - 'anders' te gaan wonen, komen vandaag de dag minder dan voorheen voort uit politiek-ideologische overwegingen, maar nog altijd zoeken veel mensen naar een meer sociale en groene leefplek. In de laatste decennia ontstonden ook nieuwe initiatieven: Centraal Wonen, ecologische woonwijken met collectieve voorzieningen, woongroepen en woon-werkpanden in de reguliere huursector of in collectief eigendom. En er zijn initiatieven om eco-dorpen te realiseren. Ook zijn het lang niet meer voornamelijk jongeren die voor 'andere' vormen van wonen en leven kiezen. De laatste
jaren is er een opleving van het aantal vijftig-plussers
dat bewust
kiest voor wonen in een groep, in een groot huis, een
nieuwbouwproject of samen op een grote boerderij. Voor
menigeen
gaat daarmee een soms langgekoesterde wens uiteindelijk
toch nog in
vervulling! |
Woonvormen
Veel 'oudere' jongeren trokken de stad uit, om op het platteland hun idealen gezamenlijk vorm te geven. Vaak hoorde daar een boerderijtje bij met een stuk land, om zelfvoorzienend en ecologisch te leven, bevrijd van het 'grootkapitaal'. Er lopen gelukkig nog steeds mensen van alle leeftijden met wilde haren rond. |
© 2005 Omslag, Eindhoven. Tel. 040-2910295. | Deze site staat op de computer van dDH | Best viewed with Any Browser | | Eindredactie: Marta Resink